In Thialf is vandaag het Nationaal Trainingscentrum Kunstrijden van de KNSB officieel geopend. “Onze ambitie is groot: we willen ons straks ook in deze tak van de schaatssport kunnen meten met de wereldtop”, zegt Remy de Wit, technisch directeur van de KNSB tegen schaatsen.nl. “Dat is een lange weg, vol hobbels en kuilen, maar we hebben hier alle faciliteiten om onze beste rijd(st)ers hogerop te brengen.”
Durf te dromen
De Wit trekt een vergelijking met de start van de Nationale Traningsselectie Shorttrack, die in 2006 van start ging in Heerenveen. “Onze shorttrackers hadden indertijd ook niet durven dromen dat ze de Koreanen, Canadezen en Chinezen ooit het nakijken zouden geven bij WK’s en Spelen! Wie durft te dromen en dat koppelt aan harde arbeid kan heel ver komen.”
Het Nederlandse kunstrijden zit in de lift, mede dankzij het tienjarenplan dat de KNSB sinds 2010 ten uitvoer bracht. In het voorbije decennium was de aandacht primair gericht op talentontwikkeling, waarvoor twee verenigingen (Dordrecht en Den Bosch) extra faciliteiten kregen. De kweekvijver aan talenten groeit en afgelopen winter had Nederland met Lindsay van Zundert voor het eerst sinds 1976 weer een kunstrijdster op de Olympische Spelen.
“Rond het kunstrijden is een positieve vibe ontstaan. Heel Nederland heeft het tijdens de Spelen live kunnen volgen. De sport groeit in populariteit en nu willen we doorpakken”, aldus De Wit. “De tijd was rijp om de volgende stap te zetten, een logisch en noodzakelijk vervolg op ons tienjarenplan. Je kunt altijd argumenten bedenken om iets niet te doen. Wij vonden dat er één hoofdreden was en ís om het wel te doen: alleen als we de krachten bundelen zijn we sterk genoeg om die lange weg naar de wereldtop te bewandelen. Daarom ben ik hartstikke blij en trots dat we hier vandaag het NTK officieel kunnen openen.”